Oefening: Een ander perspectief
Kies bewust een totaal ander perspectief om naar je vraag te kijken. Neem bijvoorbeeld eens het perspectief van je oma van 93, van een goede vriend die net terug is van wereldreis, van Barack Obama of van je neefje van 4… Verplaats je in de ander en kijk eens door haar of zijn ogen naar de situatie. Hoe zou je neefje van 4 met jouw probleem omgaan? En wat kan jij hier vervolgens mee?
Een andere variant is jezelf voorstellen als oudere wijzere versie van jezelf. Stel jezelf eens voor als oude vrouw of man in een schommelstoel. Wat vindt zij/hij van de situatie waar je je nu in bevindt? Wat zou zij/hij tegen jou zeggen als je nu om raad zou vragen?
Ook de omgekeerde brainstorm is een variant die tot verrassende nieuwe antwoorden kan leiden. In plaats van bedenken wat je allemaal kan doen om je vraagstuk op te lossen, bedenk je wat je moet doen om het juist erger te maken. Hoe kan je bijvoorbeeld zo weinig mogelijk grip krijgen op je functie? Hoe kan je jezelf steeds weer laten ondersneeuwen in een gesprek met je leidinggevende? Of hoe kan je zoveel mogelijk onrust in je leven creëren? Leef je uit en schrijf alles op wat je te binnen schiet. Pas daarna ga je met deze antwoorden kijken wat je juist wel moet doen.
De kern van deze voorbeelden, van deze verschillende manieren van kijken naar een vraagstuk, is dat je vanuit een ander denkraam nieuwe inzichten krijgt. Of het nou om persoonlijke vraagstukken of om iets binnen je organisatie gaat. En het prettige is dat je er zelf mee aan de slag kan. Zonder hulp van derden. Je kan jezelf als het ware dwingen om eens vanuit een ander perspectief te kijken. En jezelf dus nieuwe inzichten cadeau geven!
Dus: welke bril zet jij deze vakantie op en hoe ga jij deze zomer naar de ‘werkelijkheid’ kijken?
(bron: ICM)
Oefening: Jezelf van een afstand bekijken
Wij mensen zijn erg gewend om de omgeving in ons op te nemen. Waar we echter veel minder goed in zijn, is naar onszelf kijken. En dit is erg zonde, omdat we zo een hoop informatie over onszelf missen.
Je zou het kunnen vergelijken met een toerist die zijn hele vakantie door de lens van zijn fotocamera ziet. Hij is zo druk bezig met het registreren van alles wat er gebeurd, dat hij zichzelf als persoon achter de camera helemaal vergeet. Hij verliest zichzelf helemaal in de bezigheid. Op het einde van de vakantie komt hij er wellicht achter dat hij eigenlijk helemaal niet alles heeft gedaan wat hij had willen doen, en dat hij na afloop van de vakantie nog vermoeider is van al dat gefotografeer dan toen de vakantie begon.
Wat je graag zou willen doen, is leren dat stapje terug te doen en jezelf van afstand bezig te zien. Je kunt hierdoor ook veel beter bepalen of je nog wel goed bezig bent. Om in de lijn van de fotografie te blijven, zou je de volgende oefening kunnen doen om te leren wat meer afstand te nemen van jezelf. Probeer komende week dagelijks een foto te maken van je omgeving, en maak vervolgens een tweede foto van een gezichtspunt iets achter je zodat jijzelf ook op de foto komt te staan. Bekijk daarna beide foto’s. In de eerste kijk je door je eigen ogen opnieuw naar de omgeving. In de tweede foto zie je jezelf in interactie met deze omgeving. Het verschil tussen de foto’s is dus het gezichtspunt, het perspectief. In de eerste zit je in jezelf, in de tweede neem je wat afstand van jezelf.
Foto 1: Natuur. Foto 2: Ik en Natuur.
Vanuit je eigen gezichtspunt. Van afstand naar jezelf kijken. N.B. Een zelftimer kan ook handig zijn…